Informatieplicht Energiebesparing; 5 belangrijke vragen

Informatieplicht Energiebesparing; 5 belangrijke vragen

Wat is de Informatieplicht Energiebesparing

Al meer dan twee decennia zijn instellingen en bedrijven binnen het MKB verplicht om elke energiebesparende maatregel door te voeren, die zich binnen 5 jaar terugverdient. Deze ‘plicht om energie te besparen’ maakt onderdeel uit van de Wet Milieubeheer uit 1993.

Tot nu toe was de overheid laks qua handhaving, maar daarin is per 1 juli 2019 verandering gekomen. Vanaf dat moment is namelijk de Informatieplicht Energiebesparing in werking getreden. Een meldplicht dus.

In deze blog beantwoorden we 5 belangrijke vragen over deze Informatieplicht Energiebesparing.

1) Een meldplicht? Geldt die ook voor mijn bedrijf?

De meldplicht geldt voor alle bedrijven en instellingen die op jaarbasis meer dan 25.000 m3 gas óf 50.000 kWh aan elektra verbruiken. Dus: als je aan één van deze twee criteria voldoet. Dat zijn in Nederland meer dan honderdduizend bedrijven en instellingen. Grote sportverenigingen kunnen bijvoorbeeld ook onder deze maatregel vallen.

De volgende inrichtingen zijn uitgezonderd van de informatieplicht:

  • Glastuinbouwbedrijven die deelnemen aan het CO2- vereveningssysteem (artikel 15.51 Wet milieubeheer);
  • Bedrijven of instellingen waarvan alle inrichtingen deelnemen aan het (Europese emissiehandelssysteem (EU ETS) (artikel 16.5 Wet milieubeheer);
  • Type C-inrichtingen volgens artikel 1.2 Activiteitenbesluit milieubeheer;
  • Bedrijven of instellingen waarvan alle inrichtingen deelnemen aan het convenant Meerjarenafspraken energie-efficiëntie (MJA3).

2) Ik heb het gecheckt. Mijn bedrijf valt onder de Informatieplicht Energiebesparing. Wat houdt deze meldplicht precies in?

Vóór 1 juli 2019 dien je via de website van de RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) aan te geven welke energiebesparende maatregelen (die zich binnen 5 jaar terugverdienen) jouw bedrijf of instelling al heeft genomen. Plus welke maatregelen je nu (lees: binnen 3 jaar) gáát doorvoeren. Je bent verplicht dit zo gedetailleerd mogelijk te doen, aan de hand van een door de Rijksdienst opgestelde lijst  van erkende, energiebesparende maatregelen. Deze lijst verschilt per bedrijfstak (de RVO onderscheidt er 19) en telt steeds zo’n 30 tot meer dan 100 specifieke maatregelen.

De EED-richtlijn:

Voor grote bedrijven (lees; meer dan 250 FTE, 43 miljoen euro aan balanstotaal óf 50 miljoen euro aan omzet) geldt de EED-richtlijn. EED staat voor European Energy Efficiency Directive. Grote bedrijven dienen al hun energiestromen en energiehuishouding zo gedetailleerd mogelijk inzichtelijk te maken. Vervolgens zijn zij wettelijk verplicht alle door de overheid erkende, energiebesparende maatregelen door te voeren. Dat zijn ook alle maatregelen die zich binnen vijf jaar terugverdienen. Ongeveer de helft van alle grote bedrijven voldoet inmiddels aan deze EED-richtlijn. De andere helft loopt achter de feiten aan en dat is een groot probleem. Deze EED-richtlijn dient namelijk elke vier jaar te worden uitgevoerd. Inmiddels zijn de eerste dwangsommen al opgelegd.

Meer over de EED lees je in ons gratis eBook of kun je leren in onze gratis online masterclass.

3) Maar wat nu als ik een besparing moet doorvoeren die zich volgens mij helemaal niet binnen 5 jaar terugverdient?

Als jij denkt dat een besparing niet op jouw bedrijf of instelling van toepassing is, dan zul je dat moeten aantonen, onderbouwd met cijfers. Een omgekeerde bewijslast dus. Je zult dan via een doorrekening aannemelijk moeten maken dat in jouw specifieke geval bijvoorbeeld het vervangen van tl-verlichting door Ledverlichting een langere terugverdientijd heeft dan 5 jaar. Bij zo’n doorberekening mag je uitgaan van het bedrag dat je kwijt zou zijn wanneer je de besparing voor de volle 100% laat financieren door je bank. Daarbij tel je dan de kosten van installatie op én mag je marginale energieprijzen hanteren. Dat is allemaal in jouw voordeel, mocht je een besparing niet willen doorvoeren.

4) Dus bij een controle door zo’n omgevingsdienst wordt er direct met dwangsommen gestrooid?

Dat ligt aan de omgevingsdienst. Dwangsommen starten naar verluidt met een bedrag van 1000 euro per overtreding. Maar waarschijnlijk is ‘sanctie’ een beter woord. Zo van: ‘we geven u nog drie maanden de tijd om die energiemaatregel door te voeren’. Doe je dat niet of ben je te laat, dan betaal je minimaal 1000 euro voor iedere keer, dag of week dat je een milieuregel overtreedt.

Hoe dan ook, bij een controle door de omgevingsdienst zul je dus minimaal moeten aantonen dat je een nog niet doorgevoerde erkende maatregel op zijn minst hebt opgenomen in je planning. Als zo’n maatregel financieel moeilijk haalbaar is, mag je daar een fasering in aanbrengen.

5) Ik heb opeens een heel slim idee. Wat nu als ik zonnecellen op het dak van mijn bedrijfspand leg en daarmee onder die grens van 50.000 kWh aan elektra blijf?

Helaas, het gaat er echt om wat je verbruikt aan elektra, ongeacht hoe die is opgewekt. Het is dus niet zo dat je door zonnepanelen op je dak te leggen, niet aan de Informatieplicht Energiebesparing hoeft te voldoen. Zo dien je bij je elektraverbruik bijvoorbeeld ook het verbruik van je elektrische bedrijfsauto’s op te tellen.

Meer informatie ontvangen over de informatieplicht? Volg dan onze Masterclass Informatieplicht Energiebesparing of download het E-book.

Reactie plaatsen